Opbrengst Bij de raming van de OZB-opbrengst 2018 hebben wij rekening gehouden met een verhoging van de OZB tarieven met 1,4%. Conform het amendement van 21 maart 2018 over de OZB, is structureel € 355.000 verdisconteerd in de OZB niet-woningen en eenmalig € 245.000 uit de Algemene reserve onttrokken. Dit heeft gezorgd voor een “zachte landing” van de harmonisatie. OZB en gemeentefonds De hoogte van de algemene uitkering uit het Gemeentefonds van een gemeente hangt onder andere af van de zogenoemde ‘OZB-belastingcapaciteit’ van een gemeente. Het idee daarachter is eenvoudig: hoe meer geld een gemeente aan OZB kan binnenhalen, des te minder geld uit het Gemeentefonds nodig is. Zonder de toepassing van de OZB-belastingcapaciteit bij de verdeling van het Gemeentefonds zouden gemeenten met een hoge waarde aan onroerende zaken een hoger voorzieningenniveau of lagere belastingtarieven kunnen bieden dan gemeenten met een lage waarde. Bij een gelijk tarief zijn de OZB-inkomsten in een gemeente met hoge WOZ-waarden immers hoger dan in een gemeente met lage WOZ-waarden. Een andere mogelijkheid is dat de tarieven in de gemeente met hoge WOZ-waarden lager uitvallen, terwijl de voorzieningen op een gemiddeld peil worden geboden. Reken-/normtarieven De belastingcapaciteit is afhankelijk van de WOZ-waarden in een gemeente. Hoe hoger de waarde, hoe hoger de belastingcapaciteit, hoe hoger de ‘OZB-aftrekpost’ bij de verdeling van het Gemeentefonds. Gemeenten worden afgerekend op de zogenoemde reken- of normtarieven. Er zijn drie reken- of normtarieven: - voor eigenaren van woningen
- voor gebruikers van niet woningen
- voor eigenaren van niet-woningen
Deze drie tarieven zijn voor alle gemeenten gelijk. Verschillen tussen gemeenten in de OZB-aftrekpost worden dus alleen bepaald door verschillen in de waarde van onroerende zaken. De tarieven die de gemeenten werkelijk in rekening brengen bij de gebruikers en eigenaren van onroerende zaken spelen hierbij geen enkele rol. Dit betekent dat een verhoging of verlaging van de OZB-tarieven door de gemeente geen gevolgen heeft voor de uitkering uit het Gemeentefonds. Alleen als de totale WOZ-waarde verandert, door de jaarlijkse hertaxatie of door nieuwbouw of sloop, verandert de Gemeentefondsuitkering. |