Baten

Lasten

Mutaties reserves

Baten

Lasten

6.

Sociaal domein

0.10 Mutatie reserves
Ter dekking van de kosten voor de "Pilot schuldenvrij Zevenaar" is een onttrekking uit de algemene reserve geraamd. Omdat er geen gerealiseerde uitgaven in 2018 zijn geweest, hoeft er afgerond € 25.000 minder te worden onttrokken aan de algemene reserve.   

0.10 Mutatie reserves
Voor de exploitatie van de exploitatiekosten voor de opvang en huisvesting van statushouders is een reserve van de voormalige gemeente Rijnwaarden beschikbaar. Vooraf is niet bekend welk bedrag zal worden onttrokken aan deze reserve dus was geen raming in 2018 opgenomen. In werkelijkheid is voor 2018 een bedrag van afgerond € 37.000 onttrokken aan deze reserve.

6.1, 6.6 en 6.72 Bijdrage aan de Gemeenschappelijke Regeling BVO DRAN (Doelgroepenvervoer).
De kosten met betrekking tot vervoersvoorzieningen in het kader van de Wmo en de jeugdzorg vallen hoger uit dan waarmee wij in de begroting rekening hebben gehouden. Van 2016 t/m 2018 is door de BVO DRAN gefactureerd op basis van bevoorschotting. Dit leidt tot een overschrijding van de begroting van € 490.000. Dit nadeel bedraagt bij de Wmo € 310.000 en bij de jeugdzorg € 180.000. In dit kader verwijzen wij ook naar de kosten van leerlingenvervoer, dat ook door deze gemeenschappelijke regeling wordt verzorgd (zie programma 4), waar de kosten achterblijven bij de raming. Dit gaat over een bedrag van € 201.000 in het voordeel van onze gemeente. In totaal zijn de kosten van het doelgroepenvervoer € 289.000 hoger dan begroot. Deze overschrijding doet zich in 2018 voor het eerst voor. De door de BVO DRAN voorziene kostenstijging is in 2018 niet in de gemeentebegroting verwerkt. Dit wordt in de 1e Voortgangsrapportage 2019 gecorrigeerd.

6.3 Bijzondere bijstand
De grootste kostenstijging zit hier in het gebruik van de Gelrepas. In 2018 konden ook inwoners van Rijnwaarden voor het eerst gebruik maken van de Gelrepas. Daarnaast neemt de Gelrepas ook in bekendheid toe, sinds de start ervan in Zevenaar in 2016. Verder zien we dat de kosten voor de collectieve zorgverzekering niet in de pas lopen met de begroting. Het aantal verzekerden is in 2018 t.o.v. 2017 nagenoeg gelijk gebleven. Een andere stijging is te zien bij de kosten van zwemles diploma zwemmen (door instroom van inwoners uit de voormalige gemeente Rijnwaarden).

6.3 Inkomensvoorzieningen
Het voordeel op dit product heeft enerzijds betrekking op de hoger vastgestelde definitieve bijdragen van het rijk (BUIG/Bbz).
Daarnaast zijn, als gevolg van de afname van het aantal uitkeringsgerechtigden, de uitkeringslasten gedaald.

6.6 Eigen bijdragen maatwerkvoorzieningen
Het Centraal Administratiekantoor (CAK) berekent en incasseert de eigen bijdragen die zorgcliënten moeten betalen. Zij keren deze - in verband met de privacy-bepalingen - zonder verdere toelichting aan ons uit. In 2018 zijn de bedragen achtergebleven bij de hiervoor in de begroting opgenomen ramingen.
Een aanvrager van een voorziening, zoals hulp in de huishouding, ondersteuning of een financiële tegemoetkoming (persoonsgebonden budget) is op grond van de Wmo een eigen bijdrage verschuldigd. Het CAK is het publiekrechtelijk zelfstandig bestuursorgaan (zbo) dat door de wetgever is belast met de berekening, oplegging en incasso van de eigen bijdrage. Door de systematiek te kiezen van het vaststellen van de eigen bijdragen door het CAK, heeft
de wetgever in feite bepaald, dat de verantwoordelijkheid voor de juistheid en volledigheid van de eigen bijdragen geen gemeentelijke verantwoordelijkheid is en derhalve niet valt onder de reikwijdte van de rechtmatigheidscontrole door de accountant van de gemeente.
Dat betekent dat door de gemeenten geen zekerheden over omvang en hoogte van de eigen bijdragen kan worden verkregen als gevolg van het niet kunnen vaststellen van de juistheid op persoonsniveau, zoals hiervoor is toegelicht. In 2018 is voor € 634.000 aan eigen bijdragen via het CAK verantwoord.

6.6 tot en met 6.82 - Zorgkosten
Wij hebben in december 2018 een prognose berekend voor de jeugdzorgkosten (JZ), Wmo Hulp bij het Huishouden (HbH) en WMO Begeleiding (BG). Hierover hebben wij u in de raadsinformatiebrief 2018-100 d.d. 18 december 2018 geïnformeerd.
Nagenoeg alle zorgaanbieders hebben in het begin van 2019 productieverantwoordingen ingediend. Deze productieverantwoordingen zijn de basis voor de boeking van de zorgkosten in de jaarrekening. Hieruit blijkt dat de totale zorgkosten met ca. € 2.350.000 zijn gestegen ten opzichte van 2017.

Omdat in de Voortgangsrapportage 2018 de raming 2018 al was aangepast aan de werkelijke uitgaven 2017, verhoogd met € 400.000, bedraagt de toename ten opzichte van die Voortgangsrapportage € 1.950.000. Het verschil ten opzichte van de prognose in de raadsinformatiebrief bedraagt ruim € 900.000  Ten opzichte van deze prognose wordt hieronder een verklaring voor de grootste afwijkingen gegeven.

De toename van de kosten van jeugdzorg doet zich met name voor in de maanden september tot en met november, terwijl de raadsinformatiebrief gebaseerd was op de declaraties tot en met juli 2018. De toename wordt veroorzaakt door 2 cliënten met hoge verblijfskosten (€ 0,2 miljoen) in combinatie met geestelijke gezondheidszorg. Daarnaast is een onverwachte kostenstijging waarneembaar bij de geestelijke gezondheidszorg in deze maanden van € 0,1 miljoen. Tenslotte blijkt de prognose met terugwerkende kracht te laag te zijn geweest voor circa € 0,4 miljoen. Belangrijkste oorzaak is dat we onder andere een significante toename zien in het aantal aanbieders welke relatief laat declareren en het aantal aanbieders dat niet of te laat declareert. Een groot gedeelte van de jeugdzorgverwijzingen loopt niet via de gemeente. Op deze drie punten zijn in 2018 de eerste verbeterpunten gestart.
De kosten van Wmo-Begeleiding stijgen met bijna € 300.000. Deze stijging wordt voornamelijk veroorzaakt doordat de prijzen in 2018 met 2,68% zijn gestegen. Verder is er met name in de maanden september, oktober en november sprake van hogere kosten dan de maanden ervoor.

6.6 Wmo - rolstoelvoorzieningen
De lasten op dit product vallen lager uit dan in de begroting nog was aangehouden. Dit is een gevolg van de gewijzigde administratie-methode, waarbij de kosten van de in 2018 aangeschafte rolstoelen worden geactiveerd en de hieruit voortvloeiende lasten over een periode van 7 jaar worden verdeeld.

6.6 Wmo - woonvoorzieningen
De uitgaven met betrekking tot de woonvoorzieningen in het kader van de Wmo zijn in 2018 achtergebleven bij de daarvoor in de begroting opgenomen raming.

6.71 Afwikkeling faillissement Diafaan.
Zorgorganisatie Diafaan, een van onze leveranciers van Hulp bij het huishouden, ging in 2016 failliet. De curator van het faillissement vorderde een bedrag van ruim € 210.000 aan uitstaande facturen over de periode maart tot en met mei 2016. Na onderzoek blijkt deze claim rechtmatig te zijn. Het betaalde bedrag komt ten laste van de exploitatie over 2018.

6.71 Nagekomen betalingen Hulp bij het Huishouden.
Zorgaanbieders declareren regelmatig erg laat gedeclareerd. In 2018 hebben wij nog bedragen betaald over voorgaande jaren. Deze bedragen waren bij de afwikkeling van onze jaarrekening over die jaren nog niet bekend. Ze drukken daardoor op de exploitatie over 2018.

Diverse kleine verschillen