Jaarstukken 2018

Bestuur en ondersteuning

Wat heeft het gekost?

Baten en lasten per programma

Exploitatie (bedragen x € 1.000)

Primitieve begroting

Na wijziging

Realisatie

Verschil

Baten

81.074

85.765

85.768

3

Lasten

21.839

25.413

25.681

-268

Resultaat voor bestemming

59.235

60.352

60.087

-265

Mutaties reserves

Baten

110

17.995

17.831

-164

Lasten

1.602

19.049

19.101

-52

Totaal mutaties reserves

-1.491

-1.054

-1.269

-215

Resultaat na bestemming

57.744

59.298

58.818

-480

Verschillenanalyse

0.

Bestuur en ondersteuning

0.10 Mutatie reserves
Betreft een toevoeging aan de algemene reserve van de niet bestede gelden in 2018 voor Hal12. In 2019 zal dit bedrag weer worden onttrokken.

-52.000

N

I

0.10 Mutaties reserves
Betreft een lagere onttrekking aan de Algemene Reserve door het verschuiven naar 2019 van:
Budget € 54.000 voor het invoeren van de Wet Normalisering rechtspositie ambtenaren;
Budget € 25.000 voor de aanschaf van GIS apparatuur
Resterend budget van € 108.000 voor het invoeren van de Omgevingswet
Het restant betreft overige kleine verschillen.

-163.000

N

I

0.11 Resultaat
Door wijziging van de BBV voorschriften wordt het resultaat van de baten en lasten onder dit programma opgenomen. Na wijziging resteert een begroot voordelig saldo van € 207.000. Het werkelijk voordelige resultaat van de jaarstukken 2018 bedraagt € 3.782.604 zodat een bedrag resteert van € 3.575.604 om te verklaren in de programma's 0 tot en met 8.

207.000

V

I

0.4 Afschrijvingen
Hogere afschrijvingslasten van investeringen leiden tot een nadeel van € 268.000.
Een verschil van € 298.000 heeft geen effect op het resultaat van deze jaarstukken. Het betreft de volgende afwijkingen waar respectievelijk herindelingsgelden voor worden ontvangen van het rijk (Arhi-gelden) en een onttrekking uit een reserve tegenover staat (zie analyse afschrijvingen):
- ICT-plan herindeling (uit ARHI-gelden)  €        272 N
- ICT-Samenwerking Liemers                    €          26 N

Overige kleine verschillen die wel een effect resulteren op het saldo € 30 V

-268.000

N

I

0.4 Overhead
Doorbelastingen hebben binnen dit programma een voordelig effect van € 76.000. Echter elders in de jaarrekening hebben de doorbelastingen een tegengesteld nadelig effect, dus per saldo geen effect.

76.000

V

I

0.4 overhead
Personeelslasten en inhuur derden resulteren binnen dit programma in een nadeel van € 189.000. De totale afwijking over alle programma's van de personeelslasten komt uit op een voordeel van € 112.000. De toelichting vindt u centraal bij het onderdeel Financiën, Resultaat, Analyse personeelslasten.

-189.000

N

I

0.5 Treasury
Het renteresultaat op Treasury is € 56.000 voordelig ten opzichte van de raming na wijziging. Het betreft het verschil van de per saldo berekende door te rekenen rente aan de taakvelden en de werkelijke rente. Het restant betreft overige kleine verschillen.

58.000

V

I

Voordeel in de directe lasten op dit programma is per saldo € 59.000 V
De toelichting van deze afwijking van € 59.000 is als volgt:
0.3 Beheer overige gebouwen en gronden
Gemeentelijke gebouwen  € 77.000 V
Als gevolg van de relatief zachte winter is minder gas verbruikt. Door preventief onderhoud uit te voeren, zijn de kosten voor het dagelijks onderhoud van de gemeentelijke gebouwen lager. Het opstellen van de energielabels is voordeliger uitgevoerd dan begroot.

Beheer gemeentelijke gronden  € 108.000 V
Het grootste deel van de afwijking is het gevolg van eenmalige vergoedingen voor vestiging recht van opstal Liander in verband met het verleggen kabels en leidingen als gevolg van de verbreding A12. Verder is € 25.000 bedoeld voor aanschaf GIS-apparaten niet uitgegeven in 2018. De aanschaf vindt plaats in 2019. Er is meer voorbereidingstijd nodig om hierin de juiste keuze te maken.

0.8 overige baten en lasten
Post voor onvoorziene uitgaven voordeel  € 116.500 V
De raming voor onvoorziene uitgaven in de gemeentelijke begroting is niet volledig ingezet. Daarom is een voordeel zichtbaar van € 116.500.

0.4 overhead
Advieskosten juridisch   - € 65.000 N
In de voortgangsrapportage 2018 is al aangegeven dat een overschrijding werd verwacht. Deze hield verband met de afhandeling van een aantal oude personeelsdossiers met een juridische procedure, af te handelen WOB-verzoeken en juridisch advies Onderwijshuisvesting aan de Platanenlaan. Het budget is in de voortgangsrapportage 2018 verhoogd van € 60.000 naar € 100.000. Opnieuw melden wij een overschrijding van € 65.000, toe te rekenen aan de procedures Onderwijshuisvesting, Aanbestedingsprocedure revitalisering Giesbeek, De Boskuul en Stichting Popmuziek.

Informatisering & Automatisering - € 238.000 N
Er zijn kosten verantwoord van zogenaamde Maatwerkprojecten, van Squit en Burgerzaken. In eerdere jaren zijn de (project)kosten op kredieten geboekt die nog beschikbaar waren. Vanaf 2018 komen de kosten echter in de exploitatie terecht, zodat we in 2019 en verder de structurele kosten moeten bijramen. Er zijn hogere personele lasten bij de RID gemaakt, met name voortkomend uit een aantal noodzakelijke uitbreidingen ten behoeve van informatiebeveiliging en applicatiebeheer die in de begroting 2019 en verder structureel zijn aangevraagd en geraamd. Echter nu in 2018 leiden de uitbreidingen tot een incidenteel financieel nadeel. Verder is sprake van een stijging van het onderhoud van de applicaties. De raming voor I&A in de begroting 2018 van de nieuwe gemeente Zevenaar is een samengevoegde 1+1 raming. Destijds was er nog niet voldoende onderbouwing om de begroting te verhogen.

0.7 Algemene uitkering nadeel - € 77.000 N
De belangrijkste oorzaken voor het nadeel zijn enerzijds een daling van het accres doordat het Rijk in 2018 minder heeft uitgegeven door lagere loon- en prijsontwikkelingen dan aanvankelijk werd geraamd. Daarnaast treedt echter ook een aanzienlijke daling van het accres op doordat gemeenten meer gebruik maken van de mogelijkheid om BTW te compenseren dan eerder verwacht; de hiervoor aangewende rijksgelden worden verrekend met het gemeentefonds. Anderzijds ontvangen we een hogere rijksbijdrage ten behoeve van het sociaal domein. Het ministerie geeft helaas geen nadere toelichting op deze aanpassing. Uit onderliggende gegevens kan echter worden afgeleid dat deze verhoging waarschijnlijk een gevolg is van een stijging van het aantal huishoudens – en daarbinnen met name een hoger aantal ouderen – met een laag inkomen in onze gemeente.

Overige diverse verschillen € 7.500 V

59.000

V

I